Over het Witte Paard waarvan gesproken wordt in de Openbaring, Kap. 19 # 3

Napsal(a) Emanuel Swedenborg

Prostudujte si tuto pasáž

  
/ 17  
  

3. Dat het paard het verstand betekent, komt door niets anders dan door de voorstellende dingen in de geestelijke wereld; dikwijls verschijnen daar paarden en ruiters en ook wagens, en allen weten daar, dat die dingen iets van het verstand en van de leer betekenen. Ik heb dikwijls gezien, wanneer enigen daar uit hun verstand nadachten, dat zij verschenen als rijdende op paarden; aldus vertoonden zich die overdenkingen voor anderen, zonder dat zij zelf dat wisten. Er is daar ook een plaats, waar velen samen komen, die uit het verstand denken, en over de waarheden der leer spreken; en wanneer anderen daar komen zien zij de gehele vlakte vol van wagens en paarden; en nieuwelingen die zich verwonderen, van waar dat komt, worden onderricht, dat die verschijning voort komt uit het verstandelijk denken van degenen die daar zijn. Die plaats wordt de ‘Vergadering der verstandigen en der wijzen’ genoemd. Ik heb er ook blinkende paarden en vurige wagens gezien wanneer sommigen in de hemel werden opgenomen, wat een aanwijzing was, dat zij dan in de waarheden der Hemelse leer werden onderwezen, en verstandigen geworden waren, en daarom zo verheven werden. Uit dit gezicht kwam het mij in de geest, wat de vurige wagens en de vurige paarden betekenen waarmee Elia naar de hemel gevoerd werd, en wat de paarden en vurige wagens, die door de jongen van Elisa gezien werden, toen zijn ogen geopend werden.

  
/ 17  
  

Nederlandse vertaling door Gerrit Barger, 1916. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2019, op www.swedenborg.nl. The 1916 translation was revised by Guus Janssens, in 2019.