3684. Dat de woorden ‘en Jakob gehoord had naar zijn vader en naar zijn moeder’ de gehoorzaamheid en de aandoening betekenen, blijkt uit de betekenis van ‘van naar iemand horen of luisteren’, namelijk gehoorzamen, waarover nr. 2542;
en wanneer het is naar de vader en de moeder, betekent het de gehoorzaamheid vanuit de aandoening.