Over het Witte Paard waarvan gesproken wordt in de Openbaring, Kap. 19 # 2

Од стране Емануел Сведенборг

Проучите овај одломак

  
/ 17  
  

2. In de profetische boeken van het Woord wordt dikwijls van het paard gesproken; maar tot dusverre heeft men niet geweten, dat het paard het verstand betekent en de Ruiter de verstandige mens; en zulks misschien omdat het vreemd en wonderlijk schijnt, dat door het paard in de geestelijke zin en daardoor in het Woord zo iets zou worden aangeduid; maar dat het toch zo is, kan uit vele plaatsen in het Woord worden bevestigd, waarvan ik hier alleen de volgende zal aanhalen. In de profetie van Israël over Dan leest men: Dan zal een slang zijn aan de weg, een adderslang nevens het pad, bijtende de verzenen van het paard, zodat zijn rijder achterover valt (Gen. 49:17).

Wat deze profetie over een stam van Israël betekent, zal niemand begrijpen indien hij niet weet wat de slang betekent, en verder wat het paard en de ruiter betekent; dat het iets geestelijks is dat hierin ligt opgesloten, wordt iedereen gewaar; wat nu de afzonderlijke dingen betekenen, ziet men in de Hemelse Verborgenheden 6398, 6399, 6400, 6401) waar deze profetie is verklaard.

In Habakuk:

“Gij rijdt op Uw paarden. Uw wagen (zijn) heil, Gij deed Uw paarden in de zee treden” (3:8, 15).

Dat de paarden hier iets geestelijks betekenen, is duidelijk, omdat het van God gezegd wordt; wat zoude het anders zijn, dat God op Zijn paarden rijdt en dat Hij Zijn paarden in de zee doet lopen.

In Zacharia:

“Te dien dage zal op de bellen van de paarden staan: De Heiligheid van Jehovah” (14:20). Evenzo in dezelfde profetie: “Te dien dage, spreekt Jehovah, zal lk ieder paard met stompzin slaan, en de ruiter met zinneloosheid, en over het huis van Juda zal Ik Mijn ogen openen, en ieder paard der volken zal Ik met blindheid slaan (12:4).

Hier wordt gehandeld over de verwoesting van kerk, die plaats heeft wanneer er in het geheel geen verstand meer van het ware is; dit wordt aldus beschreven door het paard en de ruiter, wat zou het anders betekenen, dat ieder met stompzin geslagen wordt, en dat het paard der volken met blindheid zoude worden geslagen? Wat heeft dit te doen met de kerk?

In Job:

“God heeft hem de wijsheid doen vergeten, en heeft hem geen verstand toebedeeld; als het tijd is verheft hij zich in de hoogte, hij lacht om het paard en zijn ruiter (Job 39:20, 21).

Dat hier door het paard het verstand van het Woord wordt aangeduid, is duidelijk. Evenzo in David waar gesproken wordt van: “Te paard rijden op het Woord der waarheid (Ps. 45:5), en op vele andere plaatsen.

Wie zou verder kunnen weten hoe het komt, dat Elia en Elisa de wagen Israëls en zijn ruiters werden genoemd; en waarom door de jongen van Elisa de berg gezien werd vol van vurige paarden en wagens, wanneer hij niet weet wat de wagens en de paarden betekenen, en wat Elia en Elisa hebben voorgesteld? Want Elisa zei tot Elia: “Mijn vader, mijn vader, wagen Israëls en zijn ruiters” (2 Kon. 2:11, 12), en Joas de koning van Israël zei tot Elisa: “Mijn vader, mijn vader! wagen Israëls en zijn ruiters (2 Kon. 13:14); en over de jongen van Elisa: “En Jehovah opende de ogen van de jongen, dat hij zag, en ziet de berg was vol vurige paarden en wagens rondom Elisa” (2 Kon. 6:17).

Dat Elia en Elisa “wagen Israëls en zijn ruiters genoemd worden”, is omdat zij beide de Heer voorstelden, wat het Woord betreft, en omdat door wagen de leer uit het Woord wordt aangeduid, en door paarden het verstand daarvan.

Dat Elia en Elisa de Heer voorstelden, wat het Woord betreft, ziet men in de Hemelse Verborgenheden 5247, 7643, 8029, 9372, en dat wagens de leer uit het Woord aanduiden n. 5321, 8215.

  
/ 17  
  

Nederlandse vertaling door Gerrit Barger, 1916. Digitale publicatie Swedenborg Boekhuis, 2019, op www.swedenborg.nl. The 1916 translation was revised by Guus Janssens, in 2019.