11
Die onrecht doet, dat hij nog onrecht doe; en die vuil is, dat hij nog vuil worde; en die rechtvaardig is, dat hij nog gerechtvaardigd worde; en die heilig is, dat hij nog geheiligd worde.
11
Die onrecht doet, dat hij nog onrecht doe; en die vuil is, dat hij nog vuil worde; en die rechtvaardig is, dat hij nog gerechtvaardigd worde; en die heilig is, dat hij nog geheiligd worde.
©2024 New Christian Bible Study Corporation. All rights reserved. Printed from newchristianbiblestudy.org
ResponsiveVoice used under Non-Commercial License
©2024 New Christian Bible Study Corporation. All rights reserved. Terms of Use | Privacy Policy.